Doorgaan naar hoofdcontent

Brood, Bier en Tevredenheid

Het is me nu al een paar keer gevraagd; “Kun je over Nederland niet wat positiever schrijven?” Maar natuurlijk zie ik Nederland niet vanuit een negatieve gedachte, op 2000 kilometer afstand ziet het land, waarin ik geboren en opgegroeid ben, er alleen een beetje merkwaardig uit.

Je zou het kunnen vergelijken met een brood, net uit de oven en nog gloeiend heet. Het ruikt lekker, smaakt heerlijk, ziet er goed uit, maar als je niet oppast brand je wel je vingers. De bakkers die Nederland bakken zijn echter nooit tevreden. Het brood stijgt warempel tot aan de rand van het bakblik, maar dat is niet genoeg. Het moet nog meer expanderen, groeien en luchtiger worden. Ondanks het rijzen tot aan de rand, wordt er iedere keer een beetje meer gist toegevoegd, met als uiteindelijk resultaat, dat het brood over de rand steekt, uitpuilt, en vast kleeft aan de andere broden in de oven. Door al dat extra gist wordt het brood steeds luchtiger, maar krijgt het ook minder inhoud. Vroeger controleerde de bakker het complete proces, zorgde voor kwaliteit en smaak, en wist precies welke ingrediënten het beste waren voor z’n product. De oven precies op temperatuur, de baktijd aangepast aan het soort brood dat hij bakte. Maar de tijd stond niet stil, dus kwam er een computergestuurde oven, waarin alle broden achter en naast elkaar de hitte ondergaan.

Het bakken op lokaal niveau raakte uit de tijd. De klanten kwamen niet meer uit het dorp alleen. De zoete broodjes moesten steeds sneller en efficiënter gebakken worden. De plaatselijke groei mogelijkheden raakten op, en industrialisering leek de enigste optie. Na het expanderen was er geen weg meer terug. De bakker bakte steeds meer broden, zijn oven werd steeds groter en sneller, met als consequentie dat de smaak en inhoud op de achtergrond kwamen. Vaak verlangd de bakker terug naar de tijd, dat hij zelf het brood kneedde, het in de oven schoof en op intuïtie en ervaring heerlijke broden bakte.

Tevredenheid kun je niet afdwingen door steeds maar meer van het zelfde te vervaardigen. Je kunt 24 flesjes bier kwijt in een kratje. Natuurlijk kun je de tussenschotjes weghalen en de flesjes, met vermindering van veiligheid, tegen elkaar proppen. Misschien dat er dan 30 flesjes in zo’n krat gaan. Je kunt er nog eens een aantal bovenop stapelen, maar het vervoeren wordt steeds moeilijker. Er is een limiet aan de inhoud. Het enigste dat je kunt verbeteren is de kwaliteit van het kratje, de flesjes en het bier.

Helaas hebben de meeste mensen nooit genoeg en kunnen ze hun gevoel van welzijn slechts verbeteren door kwantiteit. Dat is hoe Nederland er voor mij uitziet, een overvol kratje, een brood wat uit z’n blik rijst, maar waar de in houd en de smaak steeds meer inleveren. Ik woon nu in een land waar in ieder dorp nog een bakker is, ouderwets, kleinschalig en “uit de tijd”. Waar de economie inlevert ten bate van de kwaliteit van leven. Dan maar iets minder expansie, groei en schijnbare zekerheden. Bezoekers wanen zich vaak 20 jaar terug in de tijd, maar is dat nu niet precies wat in Nederland een oplossing zou zijn?

Reacties

  1. Mooi geschreven. De meeste problemen in nederland zie ik als luxe problemen, als ik lees dat we er een procentje op achteruit gaan, dan denk ik das voor mij 1 benzine tank minder en een goed excuus voor huizelijke gezelligheid. Ja die moet je dan wel zelf maken. De meeste mensen willen dit op een precenteerblaadje aangerijkt krijgen met een NIEUWE GADGET ERBIJ

    BeantwoordenVerwijderen
  2. Nou ik ben ook zeer tevreden hoor, heb helemaal niets te klagen...echt helemaal niets....

    BeantwoordenVerwijderen
  3. ik ook ben zeer tevreden, vooral met mezelf ;-)

    BeantwoordenVerwijderen
  4. Een mens kan wel tevreden zijn met zichzelf maar ben je dan ook tevreden met nederland op dit moment. Lees de ingezonden brieven van de dagbladen er maar eens op na, dat is een goede doorsnede van de nederlandse bevolking.
    Vriendelijke groeten van een bollenstreker.

    BeantwoordenVerwijderen
  5. Kleinschaligheid lijkt nu wel een toverwoord. Maar het is nog niet zo lang geleden dat men dat provinciale erg benauwend en beperkend vond.
    Zelf woon ik in een midelgroot dorp en zou het heerlijk vinden om in een klein gehucht te wonen, maar ik denk dat het voor mijn kinderen heel schamel zou zijn, zo'n kleine gemeenschap.

    BeantwoordenVerwijderen

Een reactie posten

Populaire posts van deze blog

Een kleurrijke veer in je reet steken

De derde dag alweer in 2017. Gisteren zou je nog kunnen beschouwen als een aarzelend koude start, maar vandaag is het weer gewoon “business as usual”.  Een groot gedeelte van alle geschenken en presentjes van de afgelopen periode liggen liefdeloos, en al weer vergeten, in een hoek, een ander gedeelte al kapot in de vuilnisemmer. Volgens de normen van een autohandelaar is de waarde van het nieuwe jaar al met tientallen procenten gedaald, nee, nieuw duurt slechts maar een dag. Terwijl steeds meer economen moeten bekennen dat een alternatief sociaal en financieel beleid, zoals dat in Portugal ten uitvoer wordt gebracht, helemaal geen verdoemenis tot gevolg heeft, alternatieve energie helemaal geen utopische optie blijkt maar een reële mogelijkheid en allerlei artsen en andere deskundigen tot de conclusie komen dat het verhogen van de pensioenleeftijd achteraf veel meer nadelen dan voordelen heeft, steken, bij gebrek aan applaus, rechtse politici zichzelf dan maar een kleurrijke veer in

Een keet vol losseflodders, een beurs vol verantwoordelijkheid

Vijftien is hij, Maurice. In de regen van een gure februari dag wacht hij ongeduldig in de auto op zijn vriend Barry. De verlaagde Opel Astra is weliswaar een oud karretje, maar de drieduizend euro dure radio-installatie zorgt voor een heerlijke dreun. De afkeurende blikken van de voorbijgangers, op het parkeerterrein van de plaatselijke supermarkt, laten hem koud. De gedachte aan slimme plan om zijn vriend een kratje bier te laten kopen maakt hem alleen maar stoerder. Het feit dat hij nu niet in de schoolbanken zit, maar op de bijrijderstoel van deze gave wagen, getuigt van een zelfverzekerde volwassenheid. Zestig is hij, Ahmed. Onder een parasol, geniet hij van het zeezicht in de heerlijke februari zon. De Bentley, waarmee hij van het vliegveld werd gehaald, staat keurig in de bewaakte parkeergarage. Met een glanzende grijns op zijn gezicht nipt hij van zijn thee, leest een krant en straalt een zelfverzekerdheid uit, waaraan de Nederlandse Maurice een voorbeeld zou kunnen nemen. Het

Dualisme in een dwangbuis

“In de tweede kamer gaat alles sneller”, zei ze met een lach. Nog maar net verkozen tot de beste Europarlementariër van 2010 en sinds de laatste verkiezingen plaatsnemend in de fractie van de VVD, komt het - klaarblijkelijk aangeboren - dualistische karakter haar in de weg te zitten. Als minister Bolleboos een contract tekent met de Amerikanen, moet ze helaas achteraf vragen stellen. Misschien gaat het in Den Haag allemaal te snel. “Ik ben er om de regering te controleren” twitterde ze als antwoord op een vraag daarover door ondergetekende. Haar ex-Europa collega Sophie stelde vast dat het toch echt een VVD minister is, die schijnbaar zonder overleg met zijn eigen partij, deze actie had ondernomen. Zal ze zich staande houden in de slangenkuil van het Haagse, dat vastbijtende, in Bodengraven opgegroeide sterke individuutje. In het Europese Parlement was ze een opvallende verschijning, samen met Sophie in ’t Veld vechtend voor onze privacy. Jammer voor D66 dat ze gekozen heeft voor de VV