En dan word je wakker op maandag 10
maart. Niet dat je alles al beseft om halfvijf in de morgen, de
dagelijkse routine is overwonnen door gewenning. Echt wakker worden
gebeurt zo ongeveer halverwege de rit naar huis alhoewel dat vandaag,
vanwege een kapotte koplamp, ons iets eerder ten beurt viel. De
Portugese bergweggetjes zijn zonder voldoende zicht geen makkelijke
horde om te nemen, zeker niet als het brein nog op de automatische
piloot staat. Maandag, ja het is al weer maandag. Was het eergisteren
of zo ook al niet maandag? De week vliegt voorbij in een roes van
aangeleerde rituelen en strakke tijdschema's, met als enige
uitzondering dat de zon iedere dag een paar tellen eerder opkomt.
Lente, het wordt lente.
Het houtkachel stoken is nog niet
voorbij, de avonden zijn nog donker, de nachten nog koud, maar toch
schijnt het lichaam energie te tanken tijdens de zonnige en warme
uren gedurende de dag. Er wordt weer gewerkt op de heuvel met het
uitzicht over de vallei vol bloesemende bomen. De eerste paar
millimeter zaagsel hebben de werkplaatsvloer al weer voorzien van
laagje inspanningsbewijs. Het “zero-tolerance-budget” beleid in
de gerestaureerde ruïne leidt tot creativiteit zoals in vroeger
dagen. Machines worden bedacht en gefabriceerd en de eerste
opdrachtjes komen binnen. Misschien eindigt dat vijftigste levensjaar
dan toch nog minder somber dan het begon.
Zou ik een vrouw zijn, was ik er nu
eentje met power. Het schijnt te moeten, die hergeboorte rond deze
leeftijd, een moment van herijking van de toekomstdoelen en het
analyseren van de warrige jaren die achter je liggen. Nu dacht ik dat
een jaar of zeven geleden al te hebben gedaan door te emigreren naar
Portugal, maar het blijkt dat je die periode, tussen jong en oud
zijn, niet kunt overslaan. Nu schijnt het op iedereen een andere
uitwerking te hebben, ik wacht maar af wat er te gebeuren staat.
Welke invloeden de toekomst bepalen is ongewis en ze zijn vooralsnog
verborgen achter in mijn brein. Niet te min verheug ik me op het
mooie weer, korte rokjes, bruingebrande dijen, stiekeme blikken en
hopelijk menige vrijpartij onder invloed van de hete koperen ploert
die het balkon, van Huize Agradavel, deze zomer zal verwelkomen. Nee,
ik ben geen type powermens zoals onze Portugese medebewoonster Heleen
van Royen, ik hoef geen jongere minnares, ik hoef niet terug naar
Nederland en ik maak ook geen spiegelfoto's. Schrijven doe ik wel.
Het is al weer een paar jaar geleden
sinds mijn schrijfsel “Braakland”, over de belevenissen van een
emigrant in Portugal uitkwam, en het wordt weer eens tijd om de
ervaringen van de afgelopen jaren samen te vatten in een tweede deel.
Vooralsnog schrijf ik aan een roman, reeds tweehonderd pagina's dik,
over merkwaardige ontmoetingen die zich voltrekken binnen de muren
van het Convento do Cristo en waarbij de Portugese geschiedenis, in
een nevelige achtergrond, wordt verteld door figuren die het niet zo
nauw nemen met de feiten. Jawel, vooral de donkere dagen vormen een
inspiratie en de voltooiing zal dus nog even op zich laten wachten.
Deze lente en zomer staan in het teken van hout. Stammen, takken en
oude meubelen, die ik op de stortplaats vind, moeten mij vertellen wat
ze willen worden, het blijkt dat we een goede verstandhouding hebben,
ik en dat materiaal wat eens een boom was.
Zeker, sinds mijn lief werkt en 13 uur
per dag van huis is, ben ik ook verantwoordelijk voor de
innerhuiselijke klusjes en zijn de middagen, na de siësta,
gereserveerd voor de omgang met lawaai makende apparaten, natte
doekjes en hete pannen. Je zou het je allemaal anders kunnen
voorstellen, maar het is goed zo. Ik ben een bevoorrecht mens, een
jongetje dat zijn mannendromen kan doen uitkomen te midden van zijn
machinepark en zich niet hoeft te schamen voor de af en toe
voorkomende, iets overdreven, huilbui als hij de uien snijdt.
Cabaretier Sjaak Bral schreef in z'n laatste column dat Heleen van
Royen een aanfluiting was voor de emancipatie vanwege haar
exhibitionistische levenshouding waarin ze “power”,
zelfverzekerdheid en talent combineert met halfnaakte spiegelfoto's
op Twitter, een jongere minnaar en haar schoonheid als vijftigjarige
niet verborgen houdt. Ik ben het niet eens met Sjaak, terwijl ik wel
geniet van zijn oudejaar conferences waarin hij op sublieme wijze de
spreekwoordelijk vinger op de zere plek weet te leggen, Heleen is het
ultieme voorbeeld van een geëmancipeerde vrouw, ze gedraagt zich
zoals een man zou doen, die daar dan natuurlijk om bewonderd wordt.
Parabéns Heleen, Feliz Aniversário!
Nee, niet iedere vrouw heeft het geluk
dat ze nog zo aantrekkelijk is op haar vijftigste, maar misschien is
dat ook wel een keuze. Mijn lief is bijna tien jaar ouder en doet in
mijn ogen niet onder voor de schrijvende diva, sterker nog, laten we
dat over tien jaar nog maar eens evalueren. Tien jaar, het lijkt nog
een eeuwigheid, een toekomst die ongewis is met als enige zekerheid
dat ik daarna waarschijnlijk nog zo'n periode door moet met
ploeteren, alvorens de pensioengerechtigde leeftijd te bereiken. De
periode tussen jong en oud zijn duurt dus nog wel even en of ik dat
aankan weet ik niet. Voorlopig acht ik mezelf dus maar niet
verantwoordelijk voor mijn wisselende gedrag, het is niet mijn schuld
dat ik te jong ben om oud te zijn en te oud ben om jong te zijn. Dat
is een moeilijke zin en een niet echt te onderbouwen stelling, maar
houdt daar alsjeblieft rekening mee als ik weer eens een Twitter of
Facebook opmerking maak met een (te) hoog testosteron gehalte.
Reacties
Een reactie posten